80/20-regel

Je hebt misschien wel eens gehoord van de 80-20-regel van Pareto. Deze Italiaanse econoom stelde dat 80% van de resultaten wordt veroorzaakt door maar 20% van de inzet. Zo was in zijn tijd 80% van het vermogen in het bezit van 20% van de bevolking. Dit aardige principe laat zich goed vertalen naar je eigen situatie. Laten we bijvoorbeeld stellen dat je 20% van je bezittingen 80% van de tijd gebruikt. De andere 80% van je bezittingen gebruik je dan 20% van de tijd. Het zou zomaar kunnen, niet waar? Op die resterende 80% is wellicht nog een tweede principe van toepassing: 10% hiervan gebruik je nooit. Deze bezittingen staan uitsluitend in de weg: in de garage, op zolder, onder het bed, in de kelder. Wat denk je, klopt het?

80/20-regel2011-11-04T11:43:01+01:00

Netiquette

De een haalt zijn schouders erover op, de ander ergert zich wild aan rommelige, onbeleefde of ultrakorte e-mails. Aan welke fouten mag je je zeker niet schuldig maken? • Kies een duidelijke onderwerpregel. Zo kan de ontvanger direct zien wat het belang is van je mail. • Formuleer vriendelijk en correct. ‘Toedeledokie’ kan echt niet als afsluiting. • Tracht spelfouten te vermijden. Lees je mail even na. • Gebruik mail niet voor wissewasjes als ‘Vinden jullie het hier ook zo heet????’ • Vermeld wat je verwacht: een antwoord, actie of besluit. • Wees helder. De helft van de mailberichten gaat over het rechtzetten van misverstanden ontstaan door… e-mail.

Netiquette2011-11-01T10:34:09+01:00

SMART

Je hebt misschien wel eens gehoord van SMART. De letters staan voor Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Tijdgebonden en Realistisch. De SMART-methode wordt gebruikt als ‘checklist’ om bruikbare doelen te formuleren. Een SMART geformuleerde doelstelling omschrijft een concreet en meetbaar doel (bijvoorbeeld: het verhogen van de verkoop van webcams voor de horeca), heeft een kwantitatief element (1.000 exemplaren meer verkopen) en een begin- en een eindtijd (tussen 1 juli 2009 en 1 juli 2010). Bovendien is het een realistisch doel (de markt is groot genoeg) en acceptabel (met de huidige verkoopafdeling is het te realiseren). Niet alle doelen zijn geschikt om SMART te formuleren. Ontwikkelingsdoelen zijn bijvoorbeeld minder goed meetbaar en bevatten geen kwantitatief element. Een kwestie van uitproberen dus.

SMART2011-10-31T11:35:59+01:00

Multitasken

Het woord multitasken werd oorspronkelijk gebruikt in de ICT voor de methode om één processor meerdere taken tegelijkertijd te laten uitvoeren. Kunnen wij mensen dat ook? Ja, soms is het inderdaad mogelijk om meerdere zaken tegelijk te doen: eten en luisteren, telefoneren en tegelijkertijd de planten water geven. Als een van de handelingen automatisch gaat, kan multitasken best! Maar als het taken zijn waarbij je na moet denken, krijgt geen enkele taak de benodigde kwaliteit. Want je kan niet én aan de telefoon naar een collega luisteren én tegelijkertijd een offerte voor een klant opstellen. Je hersenen zijn namelijk niet gewend om simultaan te werken: het kán wel, maar het vergt enorm veel oefening of een briljante geest. Door te multitasken houd je het natuurlijk wel spannend voor jezelf. Tja, wat vind je belangrijker: één (saai) ding goed doen of meerdere dingen half?

Multitasken2011-10-31T10:06:24+01:00

Telefoneertips

Stel dat je een waslijst telefoontjes moet afwerken. Hoe ga je efficiënt te werk? • Maak een lijst van mensen of instanties die je wilt bellen. • Bereid elk gesprek voor. Bedenk wat je van de ander wilt weten. Welk resultaat heb je voor ogen? Schrijf op wat je wilt vragen en houd de benodigde stukken onder handbereik. • Begin het gesprek direct met de aanleiding. ‘Dag Marjan, ik bel over …’ • Maak notities tijdens het gesprek en verwerk ze als je hebt neergelegd in je takenlijst. Duurt de taak korter dan vijf minuten? Voer hem dan direct uit. • Is iemand niet aanwezig? Verspil niet te veel tijd aan het achterna bellen, maar zet hem op de lijst voor het volgende belrondje. Of stuur een mailtje voor een belafspraak. Meer tips om professioneel te bellen vind je hier.

Telefoneertips2011-10-31T09:33:22+01:00

Mindmappen

Traditiegetrouw leunen we sterk op de linkerhersenhelft bij het verwerven en onthouden van informatie: het rationele, logische en analytische deel. Maar eigenlijk is dat niet zo handig. Uit onderzoek weten we namelijk dat informatie die aan beelden is gekoppeld, veel makkelijker wordt opgenomen in het permanente geheugen. En beelden vinden we in de rechterhersenhelft. De meest optimale manier voor leren is dus de linker- en rechterhersenhelft te laten samenwerken. Een techniek als Mind Mapping maakt daar handig gebruik van. In plaats van uitvoerig notities te maken tijdens een lezing of brainstormsessie, noteer je sleutelbegrippen in een visueel schema. Dat gaat zo: schrijf in het midden van het blad het onderwerp met daaromheen andere trefwoorden. Gebruik pijltjes, woorden, verhaaltjes, symbolen, kleur of zelfs rijm om relaties te leggen. Dankzij Mind Mapping zie je sneller verbanden en structuren en onthoud je veel, veel meer.

Mindmappen2011-10-28T18:54:01+02:00

Leessnelheid

Misschien denk je dat je ogen tijdens het lezen gelijkmatig over de bladzijde glijden. Nee dus, onze ogen maken kleine sprongetjes: bijvoorbeeld van woordgroep naar woordgroep. Na elk sprongetje pauzeert het oog even om de informatie te absorberen. Die pauzes vergen relatief veel tijd: van een kwart tot wel anderhalve seconde. Trage lezers lassen tweemaal zoveel pauzes in, omdat ze onbewust kortere stukjes lezen en terugkijken. Blijkbaar hebben we het idee dat we een tekst pas in ons op kunnen nemen, als we langzaam en grondig lezen. Terugkijken is echter overbodig. Lezers die niet mochten terugkijken, bleken de informatie namelijk wel te hebben opgenomen. Tijdens het lezen van de volgende zinnen verwerkten ze wat ze hadden gelezen. Terugkijken kost dus veel tijd en het helpt amper. Tijdens een cursus snellezen leer je deze inefficiënte gewoonte af.

Leessnelheid2011-10-21T11:17:24+02:00

Woorden in je hoofd

Veel lezers zijn gewend om alle leesstof die ze onder ogen krijgen in hetzelfde leestempo en met dezelfde serieuze gedetailleerdheid door te nemen.. Daarbij hebben ze de gewoonte om te subvocaliseren: om de woorden die je leest in je hoofd te horen. Dat is tot op zekere hoogte wel noodzakelijk, anders zou je de tekst niet meer begrijpen. Maar het kan ons behoorlijk afremmen. Subvocaliseren doen we namelijk op spreeksnelheid, terwijl we veel sneller kunnen lezen dan dat. Hoor je inderdaad de woorden in je hoofd? Lees dan gewoon wat sneller.

Woorden in je hoofd2011-10-21T11:13:56+02:00

Strategisch lezen

Heb je beroepsmatig veel leeswerk? Pas dan deze tips toe. • Bepaal je leesdoel. Zo bereik je mentaal de juiste focus. • Scan de tekst eerst. Zo kun je bepalen wat je straks wilt lezen. • Besteed aandacht aan de tussenkopjes en beginzinnen. Daarin staat vaak een samenvatting van de alinea. • Wijs jezelf bij met een pen of een dun stokje. Houd een flink tempo aan; zo voorkom je teruglezen en blijf je geconcentreerd. • Lees woordgroep voor woordgroep, in plaats van woord voor woord. Je hersenen functioneren namelijk het beste als de informatie in zinvolle groepen bijeen staat. • Probeer beelden te zien bij wat je leest. De hersenen onthouden beelden beter dan woorden.

Strategisch lezen2011-10-21T11:12:46+02:00

Prioriteitenmatrix

Je hebt misschien wel eens gehoord van Eisenhower, president van Amerika in de jaren vijftig. Hij is hier misschien nog wel bekender vanwege zijn prioriteitenmatrix, waarover hij zei: ‘Most things which are urgent are not important, and most things which are important, are not urgent’. Zijn matrix is nog steeds een geliefd instrument om prioriteiten in kaart te brengen. De prioriteitenmatrix bestaat uit vier kwadranten: 1. Crisiskwadrant: belangrijke en urgente taken 2. Waardekwadrant: belangrijk, maar niet urgente taken 3. Afleidingskwadrant: niet belangrijk, wel urgent 4. Tijdverspillingskwadrant: niet belangrijk en niet urgent De taken uit het eerste kwadrant roepen het hardst om actie. Maar het zijn de taken uit het tweede kwadrant die de kern van je functie vormen. Werkzaamheden uit het derde kwadrant laten zich goed delegeren, terwijl je in het vierde kwadrant werk vindt als je echt niets beters te doen hebt. En herken je dit? Als je in het eerste kwadrant werkt, pompt de adrenaline door je aderen, in het tweede kwadrant voel je je voldaan en tevreden en in het derde kwadrant bekruipt je juist een gevoel van irritatie of frustratie. Ben je in het vierde kwadrant bezig? Schaamte of schuldgevoelens zijn je deel.

Prioriteitenmatrix2020-02-12T14:41:36+01:00
Ga naar de bovenkant