Er zijn een paar manieren om het snel minder druk te hebben. Werk delegeren zou goed kunnen helpen. Maar hier komen we onszelf tegen. Er zijn genoeg mensen om hulp aan te vragen: we doen het alleen niet. Hulp vragen kost namelijk óók tijd. Je moet uitleggen wat de bedoeling is. Je moet accepteren dat het niet op jouw manier wordt gedaan. En waarschijnlijk is die ander er langer mee bezig dan jij. Tja, dan doe je het net zo lief zelf!
Het zijn verleidelijke gedachten, maar er klopt weinig van. Door al het werk bij je te houden, houd je het probleem ook in stand. Nu én later.
Delegeren is de uitvoering van een taak bij iemand anders neerleggen. Jij blijft echter medeverantwoordelijk voor het eindresultaat: delegeren is dus een vorm van samenwerken. Wat is er nodig om te delegeren?
• een gemotiveerde ander die voldoende ter zake kundig is en beschikbaar om taken van je over te nemen;
• een duidelijk omschreven taak: met (sub)doelen, kwaliteitseisen, instructies en opleverdata;
• vertrouwen in de ander en de ruimte om hem of haar zelfstandig besluiten te laten nemen;
• afspraken over tussentijds overleg, manier van begeleiden en evaluatiemomenten.
Toon interesse in de voortgang en laat merken dat het fijn is dat het werk gedaan wordt. Koppel feedback gedoceerd en opbouwend terug en leg niet op alle slakken zout: dat demotiveert jullie beiden.
Besluit je toch om alles zelf te doen? Prima, maar voel je dan ook eigenaar van je tijdnood. Dat is wel zo fair.